Vanaf dit schooljaar is de medezeggenschap bij wet versterkt

Per 1 augustus is de Wet uitbreiding bestuurlijke intrumentarium onderwijs in werking getreden. Lees in deze blog meer.

Per 1 augustus is de Wet uitbreiding bestuurlijke intrumentarium onderwijs in werking getreden. In deze wet worden de handhavingsbevoegdheden van de minister ten aanzien van het bevoegd gezag van scholen en instellingen verruimd. Achterliggende gedachte? Misstanden in het onderwijs in het belang van de leerlingen en studenten sneller en effectiever tot een einde brengen.

De wet leidt ook tot wijziging van de Wet medezeggenschap scholen (WMS). Daarmee wordt de medezeggenschap op scholen verder versterkt. Wat houden de wijzigingen in en hoe speel je hier als bevoegd gezag op in?

 

Wijziging 1: maak expliciet of je om advies of instemming vraagt

De eerste wijziging is dat er een extra artikel is opgenomen (artikel 7a). Hierin staat dat wanneer je als bevoegd gezag een voorstel voor advies of instemming voorlegt aan de (gemeenschappelijke) medezeggenschapsraad [(G)MR] of aan de ouder- of personeelsgeleding, daarbij nadrukkelijk moet wijzen op de advies- of instemmingsbevoegdheid.

Dit klinkt als een open deur, maar kennelijk komt het nog regelmatig voor dat een (G)MR niet weet wat precies de bedoeling is van een voorstel. Ons advies was en blijft dan ook om bij het aanbieden van een voorstel gebruik te maken van een voorblad. Hierop moet je duidelijk aangeven of je om advies of instemming vraagt en op basis van welk artikel uit de WMS. Geef daarbij ook altijd aan of je dit aan de gehele (G)MR vraagt of enkel aan de ouder- of personeelsgeleding.

Let er vervolgens ook op, dat de (G)MR of de juiste geleding daadwerkelijk advies of instemming geeft en sla dit op een gestructureerde wijze op. Op die manier kan vastgesteld worden dat de procedure correct is verlopen.

Wanneer er een negatief advies volgt en je wilt als bevoegd gezag het voorstel toch doorvoeren, dan dien je de (G)MR in de gelegenheid te stellen nader overleg te voeren. Wanneer een definitief besluit volgt in strijd met het advies van de (G)MR, dan kan ze deze zaak voorleggen aan de geschillencommissie WMS. Bij het ontbreken van instemming is het juist aan jou als bevoegd gezag om de zaak voor te leggen aan deze commissie.

De praktijk leert dat niet altijd duidelijk is of er sprake is van advies- of instemmingsrecht. Het is dan goed om hierover juridisch advies in te winnen – bijvoorbeeld bij ons -, zodat het voorstel op een juiste wijze aan de (G)MR wordt aangeboden.

Wijziging 2: je hebt als bevoegd gezag een informatieplicht richting de (G)MR

De tweede wijziging gaat over het informatierecht van de (G)MR (artikel 8 WMS). De wijziging van het artikel houdt in dat het bevoegd gezag de (G)MR ongevraagd en tijdig alle inlichtingen moet verstrekken die de (G)MR voor de vervulling van zijn taak redelijkerwijs nodig kan hebben. Het informatierecht wordt dus voortaan een informatieplicht voor het bevoegd gezag.

Ook dit sluit aan bij ons advies om de (G)MR altijd serieus te nemen en ze te betrekken bij alle zaken die de school aangaan en – in het geval van de GMR – zaken die de meerderheid van de scholen aangaan. Liever wat te veel informatie verstrekt dan te weinig.

Overigens is in de WMS geen sanctie opgenomen op het niet zelf tijdig verstrekken van informatie. Dit kan echter wel leiden tot:

  • een nalevingsgeschil;
  • een (G)MR die aangeeft niet tijdig informatie te hebben ontvangen om een advies te kunnen geven of te kunnen beslissen of wel of geen instemming aan een voorstel wordt verleend.

Ook hier geldt dat niet altijd duidelijk is welke informatie de (G)MR redelijkerwijs nodig heeft om haar taak te kunnen vervullen. Juridisch advies biedt op zo’n moment uitkomst.

Al met al lijken het geen wereldschokkende wijzigingen. Wél wordt hiermee de positie van de (G)MR verder versterkt en als bevoegd gezag dien je hier rekening mee te houden.

Workshop voor schoolbesturen, -leiders en -directeuren

Omgaan met medezeggenschap

Wij bieden schoolbesturen, -leiders en -directeuren de interactieve workshop Medezeggenschap op scholen. Hierin is aandacht voor wat nu precies de taken en bevoegdheden van een (G)MR zijn. Daarnaast  is er veel ruimte om met elkaar te sparren over wat je van een (G)MR mag verwachten en hoe je het beste om kunt gaan met een (G)MR.

Heb je belangstelling in deze workshop? Stuur me gerust een mail of neem contact op via 0297-25 00 18.  

Siep van der Galiën

Siep is al meer dan 25 jaar werkzaam in de juridische praktijk, waarvan het grootste deel als advocaat. Hij is voornamelijk werkzaam voor onderwijsinstellingen op alle juridische terreinen waar ze mee te maken kunnen krijgen. Dit betreft onder meer arbeidsrechtelijke, reorganisatie- en medezeggenschapskwesties, leerlingzaken, huisvestingsvraagstukken en privacy kwesties. Deze brede oriëntatie maakt Siep een bijzonder geschikte sparringpartner voor zowel bestuurders als HRM-medewerkers.
Bel ons gerust!